Japanse acupunctuur
Door de nauwe band die China en Japan altijd hebben gehad, is acupunctuur al heel vroeg in Japan terechtgekomen. Daar ontstonden in de loop der tijd nieuwe vormen van acupunctuur. De meeste bekende zijn Manaka, Matsumoto en Toyohari.
Verschil Chinese en Japanse acupunctuur
Japanse acupunctuur is gebaseerd op de inzichten uit de Traditionele Chinese Geneeskunde. Dat is niet veranderd. Wat wel anders is, is de manier waarop een diagnose wordt gesteld en de manier waarop wordt behandeld. Bij het stellen van de diagnose is het voelen heel belangrijk. Het gaat daarbij om het voelen van de buik (palpatie) en van de pols. Het voelen van de buik verloopt zacht en heel zorgvuldig. Daarbij is het belangrijk dat jij aangeeft waar het gevoelig is of pijn doet. Het voelen van de pols gebeurt met dezelfde aandacht en is bedoeld om vast te stellen welke meridianen uit balans zijn.
Hoe werkt het?
Na het stellen van de diagnose kiest de acupuncturist de acupunctuurpunten die hij wil behandelen. De behandeling verloopt ook anders dan bij de Chinese acupunctuur. De naalden worden niet door de huid heen geprikt maar heel oppervlakkig gezet. Soms wordt het acupunctuurpunt alleen maar aangeraakt met de naald. Zo gaat de acupuncturist elk punt langs. Tussentijds voelt hij regelmatig je pols om te kijken of hij met de behandeling op de juiste weg zit.
Wanneer Japanse acupunctuur?
Japanse acupunctuur is in te zetten bij alle klachten waarvoor je naar een acupuncturist gaat. Omdat de naalden niet in de huid worden geprikt, staat de Japanse acupunctuur bekend als een subtiele en zachte vorm van acupunctuur. Dat kan deze stijl heel geschikt maken voor mensen (ook kinderen) die moeite hebben met naalden.